donderdag 7 november 2013

Waarom deze blog?


Deze blog is de basis voor het bronnenonderzoek voor het leesverslag.       
In deze weblog staan de stappen die je helpen informatie te vinden in verschillende bronnen.
De informatie verwerk je in het leesverslag.

Wat voor informatie heb je nodig?

De informatie voor je verslag moet:
actueel 
betrouwbaar 
en
volledig 
zijn.


Opdracht

Leesverslag
Een leesverslag bestaat uit de volgende onderdelen:

A Omslag:
  • Titel van het boek
  • Naam van de schrijver
  • Naam van de uitgeverij
  • Je eigen naam, klas en datum
B Samenvatting van de inhoud:
Je vertelt wat er in het boek gebeurt. 
Je beschrijft alleen de belangrijkste gebeurtenissen. 
Die schrijf je zo op dat iemand die het boek niet heeft gelezen, toch begrijpt wat er in gebeurt.

C Eigen mening:
Je vertelt in het kort wat je van het boek vindt. Bij het geven van je mening kun je de volgende lijst gebruiken:

Spannend -  saai
Echt -  onecht
Grappig - droevig
Begrijpelijk - ingewikkeld
Laat me meeleven - doet me niets
Moeilijk - makkelijk
Kinderachtig -  voor mijn leeftijd
Boeiend - niet boeiend
Kan ik me voorstellen - kan ik me niet voorstellen
Vlot verteld - langdradig
Ik herken wat in de gebeurtenissen - ik herken er niets in
Ik herken wat in de personen - ik herken niets in de personen

Je legt ook uit waarom je bepaalde woorden uit bovenstaande lijst gekozen hebt.


D Verwerkingsopdracht:
Verplicht
1.      Zoek naar informatie over de schrijver/schrijfster van het boek.
Schrijf een stuk tekst met informatie over de schrijver/schrijfster.
(welke boeken voor welke leeftijdscategorie,
welke prijzen heeft
 de schrijver ontvangen,
hoe komt de schrijver aan zijn ideeën,
vertel iets 
over zijn privé leven).
Minimaal een ½ pagina.


Keuze
2.       Kies 1 opdracht uit de volgende lijst.
- Ontwerp een nieuwe omslag voor het boek.
- Schrijf een reclametekst voor het boek, zodanig dat klasgenoten nieuwsgierig worden naar het boek.
- Schrijf een brief naar de hoofdpersoon van het boek.
- Ontwerp een poster voor het boek.
- Schrijf een recensie over het boek. Een recensie is een geschreven tekst waarin je je mening over het boek vertelt.
- Houd een presentatie over het boek.
- Maak een strip van een gedeelte van het boek.
- Schrijf een krantenbericht van een deel van het verhaal.
- Schrijf een ander slot (1 hoofdstuk) aan het verhaal.   
- Schrijf een tekst voor een jeugdblad met als titel: “Ik was te gast bij…..” (een van de hoofdpersonen uit het boek).
- Zoek een songtekst die goed bij het verhaal past en typ deze over.
  Vertel ook waarom je deze songtekst hebt gekozen.
- Aan het eind van het verhaal, schrijft de hoofdpersoon 2 bladzijden in zijn/haar dagboek. Daarin kijkt die persoon terug op wat er is gebeurd.
Doe alsof jij de hoofdpersoon uit het boek bent en schrijf die 2 bladzijden.
- In het boek komen personen voor. Hoe stel jij je die voor?
  Teken de 4 belangrijkste personen uit het boek en stel ze voor door hun naam erbij te zetten.
- Zou jij hetzelfde gedaan hebben als de hoofdpersoon?
  Schrijf een stuk tekst waarin je vertelt wat jij gedaan zou hebben.
- Zoek naar informatie over de schrijver/schrijfster van het boek.
  Schrijf een stuk tekst met informatie over de schrijver/schrijfster.

Aandachtspunten:
1. Lever de opdrachten netjes in een mapje/snelhechter in.
2. Denk ook aan inhoudsopgave en bronnen.
    Het overzicht van de bronnen komt aan het eind. Je vermeldt niet alleen de bronnen, maar ook welke informatie je bij deze bron gevonden hebt.
3, Je typt de tekst in Times New Roman, lettergrootte 12.
4. Je naam, klas en datum plaats je rechts onderaan de voorkant.

Beoordeling boekverslag:
Omslag:                                   + = 1 punt, ± = 0,5 punt
Samenvatting:                          ++ = 2 punt, + = 1 punt, ± = 0,5 punt
Eigen mening:                           + = 1 punt, ± = 0,5 punt
Verwerkingsopdracht schrijver + 1 punt  ± = 0,5 punt
Verwerkingsopdracht: 2            + 1 punt  ± = 0,5 punt
Werkverzorging:                        + = 1 punt, ± = 0,5 punt
Nederlandse taal:                      + = 1 punt, ± = 0,5 punt

Totaal te verdienen 8 punten, begincijfer bij inlevering = 2

Informatie vind je in bronnen.

Een bron is iets of iemand waar je informatie uit haalt over jouw onderwerp:
in boeken,
op websites,
in tijdschriften, 
in kranten,
door te vragen aan mensen.

Hierbij gebruik je zoekwoorden:

die zoek je in de inhoudsopgave van een boek, 
typ je in de zoekbalk van Google, gebruik je overal waar je gaat zoeken.



Stap 1: Weet je goede websites?


Betrouwbaarheid heeft alles te maken met welke bronnen je gebruikt: waar haal je je informatie vandaan.

Tip: Zoek altijd op achternaam van de schrijver, bij voorbeeld Loon, Paul van

Betrouwbare websites
Deze heeft de bibliotheek voor je uitgezocht.
Staat er iets over jouw schrijver op?


http://www.leesplein.nl/JB_plein.php
http://www.jeugdbieb.nl/

Wat is betrouwbaar?

Betrouwbaarheid heeft alles te maken met welke bronnen je gebruikt: waar haal je je informatie vandaan.

Snap je alles wat er staat?
Kun je het in je eigen woorden navertellen?

Hoe weet je dat de geboortedatum. die je gevonden hebt, klopt?
Je controleert het op een andere website, in een andere bron.

Stap 2: Zijn er boeken over?

Boeken in de bibliotheek
dit is betrouwbare informatie, hier heeft een redactie naar gekeken.

Op te zoeken via de catalogus van de bibliotheek







Stap 3: Zoek via een zoekmachine

Om meer informatie te vinden of te controleren wat je al gevonden hebt
gebruik je betrouwbare bronnen
zoals


een zoekmachine













Gebruik minimaal twee zoekwoorden.

Vind je te veel?
- Zet er een extra woord bij: de geboorteplaats Rotterdam, of prijs.
- Zet aanhalingstekens om de zoekwoorden "Caja Cazemier".
Je zoekt dan informatie waar deze woorden naast elkaar staan.

Bronnen vermelden.

Schrijf vanaf het begin op welke informatie je waar vindt.

De bronnen komen in een lijst onder je verslag.

Dan kan iedereen zien uit welke tijd je bron is,
wat voor soort bron het is en
hoe betrouwbaar de informatie is.

Overal stukjes informatie.

Informatie kun je ook in filmpjes vinden: